Paleontica Community

Klein grijs "Shell" schelpje, is denk ik een ouder schelpje? Tijdsindicatie mogelijk? Gevonden tussen Monster en de Zandmotor

De soort is volgens mij Aequipecten opercularis, kijk maar eens in onze database: https://paleontica.org/id_system/fossil ... percularis

Deze soort komt voor in het Plioceen, Pleistoceen en Holoceen. De ouderdom van schelpjes met deze kleur van de Zandmotor wordt meestal als Laat Pleistoceen ingeschat.

Groet
Johan

FossilDude schreef: ↑13 mei 2021, 13:42 De soort is volgens mij Aequipecten opercularis, kijk maar eens in onze database: https://paleontica.org/id_system/fossil ... percularis

Deze soort komt voor in het Plioceen, Pleistoceen en Holoceen. De ouderdom van schelpjes met deze kleur van de Zandmotor wordt meestal als Laat Pleistoceen ingeschat.

Groet
Johan

Ik wist niet dat ze ook in het plioceen voorkwamen. Ik dacht alleen in het pleistoceen en holoceen.

Max pijpelink schreef: ↑13 mei 2021, 16:34

FossilDude schreef: ↑13 mei 2021, 13:42 De soort is volgens mij Aequipecten opercularis, kijk maar eens in onze database: https://paleontica.org/id_system/fossil ... percularis

Deze soort komt voor in het Plioceen, Pleistoceen en Holoceen. De ouderdom van schelpjes met deze kleur van de Zandmotor wordt meestal als Laat Pleistoceen ingeschat.

Groet
Johan

Ik wist niet dat ze ook in het plioceen voorkwamen. Ik dacht alleen in het pleistoceen en holoceen.

Juist in Pliocene lagen is deze soort zeer algemeen, voornamelijk in de Formatie van Lillo.

De meeste specimens van A. opercularis op de Kaloot (waar deze soort zeer algemeen is) komen ook uit die formatie.

Voor de goede orde: die grijze exemplaren van de Zandmotor zullen eerder Pleistoceen zijn hoor.

Ik verwarde het met Mimachlamys varia die enkel in het pleistoceen voorkomt( ik weet niet zeker maar dacht ook recent).

FossilDude schreef: ↑13 mei 2021, 18:08

Max pijpelink schreef: ↑13 mei 2021, 16:34

FossilDude schreef: ↑13 mei 2021, 13:42 De soort is volgens mij Aequipecten opercularis, kijk maar eens in onze database: https://paleontica.org/id_system/fossil ... percularis

Deze soort komt voor in het Plioceen, Pleistoceen en Holoceen. De ouderdom van schelpjes met deze kleur van de Zandmotor wordt meestal als Laat Pleistoceen ingeschat.

Groet
Johan

Ik wist niet dat ze ook in het plioceen voorkwamen. Ik dacht alleen in het pleistoceen en holoceen.

Juist in Pliocene lagen is deze soort zeer algemeen, voornamelijk in de Formatie van Lillo.

De meeste specimens van A. opercularis op de Kaloot (waar deze soort zeer algemeen is) komen ook uit die formatie.

Voor de goede orde: die grijze exemplaren van de Zandmotor zullen eerder Pleistoceen zijn hoor.

Bedankt, dat verklaart ook waarom het schelpenmateriaal bij Rithem over het algemeen ook veelal plioceen is en waar het vandaan komt.

M. varia is meer langwerpig/druppelvormig dan dit specimen, en is inderdaad bij ons alleen Laat Pleistoceen en Holoceen/recent.

Hallo Johan e.a.
Ik heb ook nog een paar van die Shell-schelpjes liggen van het strand van Domburg.
Zijn allemaal lichtdoorschijnend, behalve de bruine linksonder.
Valt er iets te zeggen over de ouderdom? Als ze licht doorlaten zijn ze recent?

Spongebob schreef: ↑13 mei 2021, 19:52 Hallo Johan e.a.
Ik heb ook nog een paar van die Shell-schelpjes liggen van het strand van Domburg.
Zijn allemaal lichtdoorschijnend, behalve de bruine linksonder.
Valt er iets te zeggen over de ouderdom? Als ze licht doorlaten zijn ze recent?

Een vriend van me weet best veel over schelpen en die stuurde me dit over het doorlaten van licht. ( mantelschelpen is een van die soorten die als die fossiel is ook licht doorlaat.) :

Oké dus meeste schelpen maken een schelp uit een mineraal dat aragoniet heet. Die laat licht meestal door. Maar sommige schelpen (oesters, mantelschelpen en verwant, zoals Anomia), maken een schelp uit normale calciet (beide mineralen hebben dezelfde chemische formula, CaCO3, maar de mineraalstructuur is verschillend). Wanneer aragoniet versteend wordt, verandert het naar spaatcalciet, en daat laat geen meer licht door (tenzij het echt heel dun is). Daarom wordt de lichttest gebruikt.

Maar voor de schelpen dat normale calciet maken, geldt die regel niet. De structuur van de calciet is heel variabel (soms laten ze helemaal geen licht door, zoals oesters, hoewel ze toch vers zijn), soms laten ze heel veel licht door en kan je door ze heen kijken (bvb kleine verse Anomia’s), etc. En als dit dan versteend wordt, kan een boel dingen gebeuren. Sommige niet-licht-latende schelpen laten nu wel licht door, bij andere is het het tegenovergestelde, en bij andere nog verandert het nog op een andere manier. En het is verschillend per soort/geslacht. Bij de Anomia kan je als ie vers is door hem heen kijken, als fossiel kan dat niet meer maar laat het nog steeds licht door. Bij sommige mantelschelpen laat ie als ie vers is geen licht door, maar dan wel als ie fossiel is. Voor oesters is het heel variabel (en dus nog lastiger). Daarom kan je voor deze schelpen de lichttest niet gebruiken.

Dus: het heeft te maken met de mineraalstructuur van de schelp (aragoniet/calciet) en hoe dat verandert als het versteend wordt

Hallo Max,
Bedankt voor je uitvoerige uitleg!
Het is dus ingewikkelder dan ik dacht.
Groeten, Tom

Spongebob schreef: ↑13 mei 2021, 20:09 Hallo Max,
Bedankt voor je uitvoerige uitleg!
Het is dus ingewikkelder dan ik dacht.
Groeten, Tom

Nou ja, de credits gaan naar mijn naamgenoot, Max Derème. Hij weet best veel van schelpen en zo heeft hij mij dit ook uitgelegd.