Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
- hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Luc,Oliver,
ik weet niet of jij een determinatiepoging durft te wagen
ja, ik denk dat ik dat kan. Het gaat volgens mij om Pachydera walfordi (Pergens, 1894).
Lang (1922) en Pergens hadden deze soort voormalig tot het genus Hesperopora gerekend. Voigt heeft dit 1930 gerevideert vanwegens het feit dat deze soort een "secundaire apertura" toont. Dit soort mondopening is geen regulaire apertura. Zij onstaat echter doordat de 7 aperturale spinae samengroeien en zo een buis vormen, die op de primaire apertura zit. De "ingang" van deze buis noemt hij secundaire apertura. En deze buis is een kenmerk voor o.a. het genus Pachydera.
Misschien kan je de verdere relevante kenmerken die Voigt voor deze soort aangeeft even checken (ik kan het vanaf de foto namelijk niet beoordelen:
- lengte vande zooecia: ong. 0,7 mm
- 10 tot 12 costae
- avicularia: ong. 0,15 mm.
Beste Groeten,
Oliver
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Dag Oliver,
dat is heel knap speurwerk.
Onder de bino kan ik inderdaad 12 costae tellen per zooecium en elke cel meet effectief 0.7 mm.
Die secundaire buisvormige apertura is uiteraard heel opvallend.
Kan jij mij de titel van het werk van Voigt, Pergens of Lang laten weten, waarin deze soort beschreven wordt.
Jij kan de titel ook per PM doorsturen.
Alvast bedankt
Lugo
dat is heel knap speurwerk.
Onder de bino kan ik inderdaad 12 costae tellen per zooecium en elke cel meet effectief 0.7 mm.
Die secundaire buisvormige apertura is uiteraard heel opvallend.
Kan jij mij de titel van het werk van Voigt, Pergens of Lang laten weten, waarin deze soort beschreven wordt.
Jij kan de titel ook per PM doorsturen.
Alvast bedankt
Lugo
Panta rhei
Heraclites
Heraclites
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Dag Oliver en Lugo,
Ik wil even terugkomen op het vraagstuk over de voeten, wortels, door een specimen dat ik een paar dagen geleden ben tegengekomen.
Het was een bilamellaire soort. Hierop had zich een kleine kolonie van dezelfde soort ontwikkelt. Dit was niet echt overkorstend want je zag overal aan de rand dat de nieuwe kolonie "zweefde". Er waren vergelijkbare wortels waarmee ze zich aan het substraat had gehecht.
Soms komen larven uit en in plaats van door de stroming meegenomen te worden nestelen deze zich onmiddellijk op de moederzoide zelf.
Hoe starten bilamellaire kolonies?
Ik veronderstel dat de larve zich eerst moet hechten, om de ancestrula te vormen waaruit de eerste zoiden groeien en paar cm verder ontwikkelt de onderste laag zich en vormt zo de uiteindelijke vorm?
De voeten, wortels zorgen in dat geval voor het hechten op het substraat tot de overgang naar de bilamellaire vorm.
Het gaat om een andere situatie, misschien vergelijkbaar?
groeten
Jeremy
Ik wil even terugkomen op het vraagstuk over de voeten, wortels, door een specimen dat ik een paar dagen geleden ben tegengekomen.
Het was een bilamellaire soort. Hierop had zich een kleine kolonie van dezelfde soort ontwikkelt. Dit was niet echt overkorstend want je zag overal aan de rand dat de nieuwe kolonie "zweefde". Er waren vergelijkbare wortels waarmee ze zich aan het substraat had gehecht.
Soms komen larven uit en in plaats van door de stroming meegenomen te worden nestelen deze zich onmiddellijk op de moederzoide zelf.
Hoe starten bilamellaire kolonies?
Ik veronderstel dat de larve zich eerst moet hechten, om de ancestrula te vormen waaruit de eerste zoiden groeien en paar cm verder ontwikkelt de onderste laag zich en vormt zo de uiteindelijke vorm?
De voeten, wortels zorgen in dat geval voor het hechten op het substraat tot de overgang naar de bilamellaire vorm.
Het gaat om een andere situatie, misschien vergelijkbaar?
groeten
Jeremy
- hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Luc,
moet niet via PM. Zo profiteren ook anderen van de literatuur-info.
Het werk van Voigt heet:
VOIGT, E. 1930c. Morphologische und stratigraphische Untersuchungen über die Bryozoenfauna der oberen Kreide. -Leopoldina, Berichte der Kaiserlichen Deutschen Akademie der Naturforscher 6 (W ALTHER-Festschrift): 379-579, 39 Taf.
(ik heb deze monografie vorige week bij een antiquariat besteld. Dit is een echte aanrader met 39 paginas vol afbeeldingen – ook van enkele cribrimorphe species). Het werk beschrijft soorten uit Hannover, Rügen, Maastricht, Bülten etc.
Het werken van Lang over de cribrimorpha (1921 & 1922) heten: "Catalogue of the fossil Bryozoa (Polyzoa) in the Department of Geology, British Museum (Natural History)" Parts I & II. Deze heb ik ergens als PDF gedownload. Ik weet echter niet meer waar. Kijk eens op archive.org.
Het werk van Pergens (1894) heb ik zelf niet. Het word in Voigt, 1930 genoemd.
Overigens ligt de Pergens-collectie in het NHM in Maastricht!
Beste Groeten,
Oliver
moet niet via PM. Zo profiteren ook anderen van de literatuur-info.
Het werk van Voigt heet:
VOIGT, E. 1930c. Morphologische und stratigraphische Untersuchungen über die Bryozoenfauna der oberen Kreide. -Leopoldina, Berichte der Kaiserlichen Deutschen Akademie der Naturforscher 6 (W ALTHER-Festschrift): 379-579, 39 Taf.
(ik heb deze monografie vorige week bij een antiquariat besteld. Dit is een echte aanrader met 39 paginas vol afbeeldingen – ook van enkele cribrimorphe species). Het werk beschrijft soorten uit Hannover, Rügen, Maastricht, Bülten etc.
Het werken van Lang over de cribrimorpha (1921 & 1922) heten: "Catalogue of the fossil Bryozoa (Polyzoa) in the Department of Geology, British Museum (Natural History)" Parts I & II. Deze heb ik ergens als PDF gedownload. Ik weet echter niet meer waar. Kijk eens op archive.org.
Het werk van Pergens (1894) heb ik zelf niet. Het word in Voigt, 1930 genoemd.
Overigens ligt de Pergens-collectie in het NHM in Maastricht!
Beste Groeten,
Oliver
- hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Jeremy,jeremy schreef:
Hoe starten bilamellaire kolonies?
Ik veronderstel dat de larve zich eerst moet hechten, om de ancestrula te vormen waaruit de eerste zoiden groeien en paar cm verder ontwikkelt de onderste laag zich en vormt zo de uiteindelijke vorm?
De voeten, wortels zorgen in dat geval voor het hechten op het substraat tot de overgang naar de bilamellaire vorm.
Het gaat om een andere situatie, misschien vergelijkbaar?
groeten
Jeremy
iedere kolonie begint als incrusterende ancestrula en vormt zo de voet van de kolonie. De bilamellaire soorten zijn dus in het begin unilamellair. Het verdere groeiproces is zeer complex en verschilt van soort tot soort. Sommige vormen eerst een takje dat dan overgaat in een synchroniseerde bilamellaire groeiphase, andere vormen unilamellaire EN bilamellaire kolonieen, en andere soorten vormen de "twee-gelaagdheid" door om de hoek te groeien. Meer kan ik jou over deze topic echter niet vertellen.
Een mogelijkheid voor het feit dat jou exemplaren over elkaar groeiden kan natuurlijk ook een reparatie-proces van de kolonie geweest zijn. Als de kolonie beschadigt word, zorgen de overlevende rand-zooecia voor een successieve groei. Zij repareren de beschadigde zooecia en gaan daarna weer over tot normale zooeciale groei. Aan de repareerde plekken zijn vaak heteromorphe zooecia te vinden (met een gesloten apertura, met kleinere of grotere dimensies etc.)
Beste Groeten,
Oliver
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Oliver,
bedankt voor de literatuurverwijzing.
Toeval wil dat ik het werk van Voigt uit 1930 ook besteld had en het was gisteren reeds toegekomen.
Ik had nog wel niet de tijd genomen om er door te bladeren, maar nu heb ik inderdaad de beschrijving en afbeeldingen van Pachydera walfordi ( Pergens 1894 ) gevonden.
Ook het genoemde werk van Lang vond ik op de site van het British Museum ( Natural History).
Dat wordt veel leesplezier.
Beste groeten
Lugo
bedankt voor de literatuurverwijzing.
Toeval wil dat ik het werk van Voigt uit 1930 ook besteld had en het was gisteren reeds toegekomen.
Ik had nog wel niet de tijd genomen om er door te bladeren, maar nu heb ik inderdaad de beschrijving en afbeeldingen van Pachydera walfordi ( Pergens 1894 ) gevonden.
Ook het genoemde werk van Lang vond ik op de site van het British Museum ( Natural History).
Dat wordt veel leesplezier.
Beste groeten
Lugo
Panta rhei
Heraclites
Heraclites
- hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Luc,
nog niet erin gebladerd? Dat kan toch niet. Zo een boek is net zo spannend als een kerstcadeau
Ik ben via het materiaal van Dr. Scholz op dit werk attendeerd worden. Ik had namelijk niet in de gaten, dat dit werk zo omvattend is.
Ik ben wel een beetje met de benen op de grond terug gehaald worden, omdat ik altijd dacht dat er bijna geen cribrimorphe soorten door Voigt beschreven werden. Maar als je goed telt, zijn het niet echt veel cribrimorphe soorten, die hij in dit boek bschrijft: Enige kennen wij reeds: Castanopora, Ubaghsia etc..
Ik moet wel zeggen dat ik van het boek een beetje teleurgesteld ben: De foto's zijn vaak gruwelijk slecht en de beschrijvende teksten zijn zeer kort. Ik heb meerdere soorten niet identificeren kunnen, omdat de beschrijvingsteksten van drie of vier vergelijkbare soorten geen exacte onderscheidingen toeliet.
Natuurlijk moet men de toen 25 jaar jonge (!) Voigt toegestaan dat hij een enorm pionierwerk gedaan heeft en de methodes van onderzoek niet met moderne methodes vergelijkbaar zijn. Ik denk dus dat wij in ieder geval van deze monografie profiteren kunnen.
Je moet wel de namen altijd met de database van bvb. bryozone of bryozoa.net vergelijken! Ik heb het gevoel dat meer dan de helft van de genus-namen revideert werden.
Kijk maar eens hoeveel Membranipora-Soorten hij beschrijft...
Beste Groeten,
Oliver
nog niet erin gebladerd? Dat kan toch niet. Zo een boek is net zo spannend als een kerstcadeau

Ik ben via het materiaal van Dr. Scholz op dit werk attendeerd worden. Ik had namelijk niet in de gaten, dat dit werk zo omvattend is.
Ik ben wel een beetje met de benen op de grond terug gehaald worden, omdat ik altijd dacht dat er bijna geen cribrimorphe soorten door Voigt beschreven werden. Maar als je goed telt, zijn het niet echt veel cribrimorphe soorten, die hij in dit boek bschrijft: Enige kennen wij reeds: Castanopora, Ubaghsia etc..
Ik moet wel zeggen dat ik van het boek een beetje teleurgesteld ben: De foto's zijn vaak gruwelijk slecht en de beschrijvende teksten zijn zeer kort. Ik heb meerdere soorten niet identificeren kunnen, omdat de beschrijvingsteksten van drie of vier vergelijkbare soorten geen exacte onderscheidingen toeliet.
Natuurlijk moet men de toen 25 jaar jonge (!) Voigt toegestaan dat hij een enorm pionierwerk gedaan heeft en de methodes van onderzoek niet met moderne methodes vergelijkbaar zijn. Ik denk dus dat wij in ieder geval van deze monografie profiteren kunnen.
Je moet wel de namen altijd met de database van bvb. bryozone of bryozoa.net vergelijken! Ik heb het gevoel dat meer dan de helft van de genus-namen revideert werden.
Kijk maar eens hoeveel Membranipora-Soorten hij beschrijft...
Beste Groeten,
Oliver
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Oliver,
ik had al eens snel door het boek gebladerd en zag inderdaad dat de foto's klein en onduidelijk waren ( al zal dat wel top geweest zijn in 1930 ) en dat de beschrijvingen ook summier waren.
Toch zit er bij nader toezien wel heel wat interessante informatie in.
Dus het loont de moeite om dit te hebben en grondig te lezen.
ik gebruik ook de twee vermelde databases om de namen te controleren op hun validiteit.
groeten
Lugo
ik had al eens snel door het boek gebladerd en zag inderdaad dat de foto's klein en onduidelijk waren ( al zal dat wel top geweest zijn in 1930 ) en dat de beschrijvingen ook summier waren.
Toch zit er bij nader toezien wel heel wat interessante informatie in.
Dus het loont de moeite om dit te hebben en grondig te lezen.
ik gebruik ook de twee vermelde databases om de namen te controleren op hun validiteit.
groeten
Lugo
Panta rhei
Heraclites
Heraclites
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Dan ben ik niet de enige die door zijn boek teleurgesteld was!
Het is hierdoor dat ik mij van het Krijt afgewend heb en gekozen voor het Mioceen.
Jeremy
Het is hierdoor dat ik mij van het Krijt afgewend heb en gekozen voor het Mioceen.
Jeremy
- hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.


Bij deze een vondst die ik tijdens de laatste ENCI-excursie (08.10.2016) gedaan heb.
Ik had in het verleden al een kleiner fragmentje van deze soort gevonden en deze ook in deze topic getoont. Ik kon het stuk toen echter niet determineren. Met nieuwe literatuur en een groter exemplaar van deze soort kan ik de vondst nu als Semiescharipora (Staurosteginopora) cruciata (Ubaghs, 1865) identificeren.
Opvallend zijn de twee avicularien boven elke apertura. Zij tonen een "pivotal bar" of "pivot" – een calcificeerd "scharnier" voor de verbinding van de kleppen van een avicularium.
Een tweede opvallend kenmerk is de kruisvormige opening op de buitenwand van de zooecia. Deze heeft de soort de naam "cruciata" gegeven.
Beste Groeten,
Oliver
[Bewerkt door hubertus68 op 10-10-2016 om 08:56 NL]