Kan deze schelpen niet determineren
Kan deze schelpen niet determineren
Hallo iedereen,
Ik heb hier enkele schelpen die ik niet kan determineren. Wie kan mij helpen ?
Groetjes, Fabienne.
Antw: Kan deze schelpen niet determineren
Hoi Fabienne,
De bovenste 2 schelpen op foto 4 en 5 lijken mij Cerastoderma ('kokkels'). In Naturalis heb ik er meerdere onder de naam Cerastoderma edulinum gezien, die opvallend dikschalig waren en goed overeenkomen met jouw schelpen. Ik heb echter geen idee of die naam nu nog wat waard is.
Groeten,
Bram
De bovenste 2 schelpen op foto 4 en 5 lijken mij Cerastoderma ('kokkels'). In Naturalis heb ik er meerdere onder de naam Cerastoderma edulinum gezien, die opvallend dikschalig waren en goed overeenkomen met jouw schelpen. Ik heb echter geen idee of die naam nu nog wat waard is.
Groeten,
Bram
Antw: Kan deze schelpen niet determineren
Hoi Fabienne de eerste twee zijn Venus vericosa zoek maar op google en je vind er afbeeldingen van
Grtn Arien
Grtn Arien
Antw: Kan deze schelpen niet determineren
@Arien : ik heb schelpen liggen van Venus verrucosa maar deze twee zijn veel boller. Misschien een andere ondersoort ?
Groetjes, Fabienne.
Groetjes, Fabienne.
- jordyvanderbeek
- Berichten: 912
- Lid geworden op: 20 okt 2010, 16:05
- Contacteer:
Antw: Antw: Kan deze schelpen niet determineren
Waarschijnlijk bedoel je een andere variatie*??? Een ondersoort** is iets anders.Fabienne schreef:
@Arien : ik heb schelpen liggen van Venus verrucosa maar deze twee zijn veel boller. Misschien een andere ondersoort ?
Groetjes, Fabienne.
* Een variatie is nog steeds het soort. En leeft in het zelfde gebied als het soort.
** Een ondersoort is het soort niet meer, dat is verandert doordat dit soort lange tijd is afgescheiden van het andere soort.
Dus als beide uit antwerpen komen is ondersoort al vrij omogelijk.
___________
Maar er zijn wel degelijk bolle exemplaren (recent dan, denk vroeger ook) van Venus verrucosa Linnaeus, 1758 zie onder andere in het rode vak (alleen dat is Venus verrucosa) van http://luirig.altervista.org/cpm/albums ... /10115.jpg daar is het rode exemplaar veel boller.
Dit bolle exemplaar werd vroeger Venus verrucosa f. capensis G.B. Sowerby III, 1889 genoemd maar aan recente onderzoek blijkt dat dit soort gewoon als Venus verrucosa Linnaeus, 1758 geaccepteerd wordt en niet meer als de vorm capensis .
Zo dat was effen mijn kennis over recente veus schelpen weer ophalen. Ik hoop dat het zo goed zit? Aan fossielen venus schelpen heb ik mij nog niet gewaagd. Toekomst plannen

Gr, Jordy
Please take a look at my website: http://jordyvanderbeek.wordpress.com/ and follow me on twitter: https://twitter.com/Scaphopod_Jordy
Antw: Kan deze schelpen niet determineren
Fabienne,
Pseudamussium clavatum, Palliolum tigerinum, Palliolum gerardi, Crassadoma multistriata harmeri,
denk ik dat tussen die 2de foto zitten.
Nog een paar vergelijkingen met Dosina casina gevonden.
duys
[Bewerkt door Duys op 01-10-2011 om 11:06 NL]
Pseudamussium clavatum, Palliolum tigerinum, Palliolum gerardi, Crassadoma multistriata harmeri,
denk ik dat tussen die 2de foto zitten.
Nog een paar vergelijkingen met Dosina casina gevonden.
duys
[Bewerkt door Duys op 01-10-2011 om 11:06 NL]
Antw: Kan deze schelpen niet determineren
Hallo Fabienne
Die venusschelpen lijken veel op elkaar. Uit het Plioceen zijn twee stratigrafische ondersoorten bekend: Venus casina casina en Venus casina pseudoturgida. De eerste heeft een plattere schelp met een lichter slot en een smallere lunula (maantje). Op basis van deze kenmerken zijn ze goed uit elkaar te houden, maar dan moet je ze eigenlijk ook in profiel bekijken. Er komen ook tussenvormen voor (om het wat makkelijker te maken
). En dan heb je ook nog V. multilamella multilamella uit het Mioceen, die veel lijkt op pseudoturgida.
Afgaand op het lichte slot denk ik dat de linker klep een V. c. casina is - die zou dan relatief plat moeten zijn en met een smalle lunula. De rechter lijkt mij een pseudoturgida of mogelijk een multilamella. De verschillen tussen deze twee soorten staan beschreven in 'De fossiele schelpen van de Nederlandse kust'.
De drie pectens zijn mogelijk alle drie Palliolum tigerinum. Van het schelpoppervlak kun je dat niet echt afleiden, want dat varieert bij deze soort van glad tot sterk geribd. Maar tigerinums hebben altijd een zeer fijn patroon van 'naar buiten' staande lijntjes en daar zijn ze altijd goed aan te herkennen (al zijn die lijntjes met het blote oog niet of nauwelijks te zien).
Cardium edulinum is de vroegere naam van die kokkels, nu heten ze Cerastoderma hostiei. Ze zijn dikschaliger maar ook breder dan gewone kokkels.
Lex
Die venusschelpen lijken veel op elkaar. Uit het Plioceen zijn twee stratigrafische ondersoorten bekend: Venus casina casina en Venus casina pseudoturgida. De eerste heeft een plattere schelp met een lichter slot en een smallere lunula (maantje). Op basis van deze kenmerken zijn ze goed uit elkaar te houden, maar dan moet je ze eigenlijk ook in profiel bekijken. Er komen ook tussenvormen voor (om het wat makkelijker te maken

Afgaand op het lichte slot denk ik dat de linker klep een V. c. casina is - die zou dan relatief plat moeten zijn en met een smalle lunula. De rechter lijkt mij een pseudoturgida of mogelijk een multilamella. De verschillen tussen deze twee soorten staan beschreven in 'De fossiele schelpen van de Nederlandse kust'.
De drie pectens zijn mogelijk alle drie Palliolum tigerinum. Van het schelpoppervlak kun je dat niet echt afleiden, want dat varieert bij deze soort van glad tot sterk geribd. Maar tigerinums hebben altijd een zeer fijn patroon van 'naar buiten' staande lijntjes en daar zijn ze altijd goed aan te herkennen (al zijn die lijntjes met het blote oog niet of nauwelijks te zien).
Cardium edulinum is de vroegere naam van die kokkels, nu heten ze Cerastoderma hostiei. Ze zijn dikschaliger maar ook breder dan gewone kokkels.
Lex