Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
-
hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Luc,
ja, ik heb er de laatste maanden veel tijd geinvesteert.
En ik heb nog material genoeg liggen...
De capsules zijn gemaakt van gelatine. Dus hetgene material
dat men voor tabletten gebruikt. Dat gaat zeer goed. Men moet
alleen oppassen dat zij niet nat of te warm worden.
De specimen liggen los in de capsules. Als ik breekbare stukken heb,
duw ik een stukje wat erin, zodat het fossiel niet schuiven kan.
De zetkast, die je op de foto ziet, heb ik zelf gemaakt. Is niet veel
werk, tenmindste veel minder werk dan het systeem dat ik
toen voorgesteld had (die kleine planken met gaten). Een voordeel
is ook dat ik op deze manier veel meer specimen op een zeer kleine
ruimte archiveren kan.
Groeten,
Oliver
ja, ik heb er de laatste maanden veel tijd geinvesteert.
En ik heb nog material genoeg liggen...
De capsules zijn gemaakt van gelatine. Dus hetgene material
dat men voor tabletten gebruikt. Dat gaat zeer goed. Men moet
alleen oppassen dat zij niet nat of te warm worden.
De specimen liggen los in de capsules. Als ik breekbare stukken heb,
duw ik een stukje wat erin, zodat het fossiel niet schuiven kan.
De zetkast, die je op de foto ziet, heb ik zelf gemaakt. Is niet veel
werk, tenmindste veel minder werk dan het systeem dat ik
toen voorgesteld had (die kleine planken met gaten). Een voordeel
is ook dat ik op deze manier veel meer specimen op een zeer kleine
ruimte archiveren kan.
Groeten,
Oliver
-
hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
En hier nog een paar kolonietjes, die niet algemeen voorkomen en het dus waard zijn, om zij hier te plaatsen. Het gaat om stukken uit een van de gruislagen in de Meerssen member.
Foto 1: Onychocella crassimarginata (Voigt, 1957). Een zeldzame soort met duidelijke geplooide randen rond om de zooecia.
Foto 2: Heterocrisina candelabrum (Voigt, 1987). Ik heb enkel kleine fragmenten van deze merkwaardige soort gevonden. Maar deze tonen alle typische kenmerken: de zoaria zijn spiraalvormig gedraait. Het rechter stuk is tamelijk afgerold en toont hierdoor duidelijke groeves (kenozooecia) op de dorsale zijde. De doorsnede is licht driehoekig en de zijkanten tonen licht gebogen rijen van 3 tot 5 autozoecia. Een zeer zeldzame soort.
Foto's 3 + 4: Dit is duidelijk een Plethopora. Alleen ben ik niet zeker of het om het genus P. verrucosa of P. truncata gaat. Beiden werden 1851 door v. Hagenow beschreven, althans in een zeer korte vorm. Wat hij niet beschreef waren de kleine bultjes/stekels die tussen de autozoecia zitten. De autozoecia zitten aan de eindes van breede fascicels (bundels), die in een onduidelijke spiraal rond de kolonie lopen. De ruimtes tussen de fascicels zijn glad en met langwerpige groeves en porien bezet.
Beste Groeten,
Oliver
-
KoenJ
- Berichten: 1293
- Lid geworden op: 23 feb 2015, 13:28
- Has thanked: 4 times
- Been thanked: 7 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Oliver,
Wat een mooie plaatjes weer, vooral nummer 3! Ik zou hem bijna aan de muur willen hangen.
Ik ben wel eens benieuwd hoeveel verschillende soorten je inmiddels geïdentificeerd hebt.
Groet,
Koen
Wat een mooie plaatjes weer, vooral nummer 3! Ik zou hem bijna aan de muur willen hangen.
Ik ben wel eens benieuwd hoeveel verschillende soorten je inmiddels geïdentificeerd hebt.
Groet,
Koen
Groeten,
Koen
Koen
-
hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Koen,KoenJ schreef:
Ik ben wel eens benieuwd hoeveel verschillende soorten je inmiddels geïdentificeerd hebt.
dank je wel. Ik heb inmiddels ongeveer 140 verschillende soorten uit de Meerssener kalk van de ENCI geidentificeerd. Gezien het aantal nieuwe soorten per onderzochte hoeveelheid schat ik dat er zo'n 250 tot 300 soorten in het materiaal zitten. Koploper met 10 verschilende soorten is overigens het genus Onychocella.
Beste Groeten,
Oliver
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Oliver,
bedankt voor de bijkomende uitleg over jouw opbergsysteem: knap bedacht en uitgevoerd.
En je hebt weer een aantal prachtige specimen toegevoegd aan de collectie.
De O. crassimarginata vind ik uitzonderlijk mooi.
Wat de Plethopora betreft, ben ik geneigd om voor P. verrucosa te gaan; maar zeker is dat niet.
De Heterocrisina candelabrum is niet alledaags en ben ik nog niet tegen gekomen.
Van de 4 foto's, die ik heb toegevoegd, denk ik dat de eerste een wat verweerde Retecava verriculata ( v. Hagenow, 1851 ) is.
En de tweede is een redelijk goed bewaarde Onychocella koninckiana ( v. Hagenow, 1851 ) met de typisch alternerende rijen van zooecia en avicularia.
Het specimen op foto 3 lijkt wat op Cyrtopora elegans, maar verschillend zijn de talrijke porien op de ruimte tussen de fascikels. Daarom durf ik er geen naam op plakken.
Hetzelfde geldt voor foto 4; kan ik voorlopig ook niet thuisbrengen.
groeten
Lugo
Panta rhei
Heraclites
Heraclites
-
hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hallo Luc,
mooie stukken, die jij ons laat zien! Vooral die op de derde foto.
Wat de eerste betreft denk ik aan Retepora cancellata of Reteporidea lichenoides. Je zult een paar detailfoto's – ook van de andere kant en de zijkanten – moeten maken.
Het tweede stuk is – zoals jij al aangeeft – een O. koninckiana. Inderdaad mooi bewaard!
Het derde is (naar mijn mening) geen Cyrtopora maar heeft eerder met de groep Lopholepis en Cavarinella te maken. Ik zal thuis eens in de boeken kijken. De laatste is moeielijk. Het lijkt een basis van een nog jonge kolonie uit de familie Cytididae te zijn. Misschien Plethopora.
Beste Groeten,
Oliver
mooie stukken, die jij ons laat zien! Vooral die op de derde foto.
Wat de eerste betreft denk ik aan Retepora cancellata of Reteporidea lichenoides. Je zult een paar detailfoto's – ook van de andere kant en de zijkanten – moeten maken.
Het tweede stuk is – zoals jij al aangeeft – een O. koninckiana. Inderdaad mooi bewaard!
Het derde is (naar mijn mening) geen Cyrtopora maar heeft eerder met de groep Lopholepis en Cavarinella te maken. Ik zal thuis eens in de boeken kijken. De laatste is moeielijk. Het lijkt een basis van een nog jonge kolonie uit de familie Cytididae te zijn. Misschien Plethopora.
Beste Groeten,
Oliver
-
hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Luc,
Het stuk op foto 3 is zeer zeker Lopholepis radians.
Groeten,
Oliver
Het stuk op foto 3 is zeer zeker Lopholepis radians.
Groeten,
Oliver
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Oliver,
na nog wat vergelijkend studiewerk onder de bino en met jouw opinie in gedachte, kom ik voor het eerste specimen ook terecht bij Retepora cancellata ( Goldfuss, 1829). Bedankt dus voor deze tip.
Alhoewel door verwering niet meer zo goed zichtbaar, kan ik toch de alternerende rijen van telkens 4 mondopeningen terugvinden op dit "traliewerk".
De achterzijde daarvan is vrij glad en licht poreus.
Dat je bij het derde specimen terecht komt bij Lopholepis radians vind ik wel verrassend.
L. radians wordt door von Hagenow beschreven als "incrusterend", terwijl dit specimen meer een vertakkend stammetje vormt.
Maar misschien zie ik dit volkomen verkeerd.
groeten
Lugo
na nog wat vergelijkend studiewerk onder de bino en met jouw opinie in gedachte, kom ik voor het eerste specimen ook terecht bij Retepora cancellata ( Goldfuss, 1829). Bedankt dus voor deze tip.
Alhoewel door verwering niet meer zo goed zichtbaar, kan ik toch de alternerende rijen van telkens 4 mondopeningen terugvinden op dit "traliewerk".
De achterzijde daarvan is vrij glad en licht poreus.
Dat je bij het derde specimen terecht komt bij Lopholepis radians vind ik wel verrassend.
L. radians wordt door von Hagenow beschreven als "incrusterend", terwijl dit specimen meer een vertakkend stammetje vormt.
Maar misschien zie ik dit volkomen verkeerd.
groeten
Lugo
Panta rhei
Heraclites
Heraclites
-
hubertus68
- Berichten: 3240
- Lid geworden op: 12 nov 2012, 10:24
- Has thanked: 47 times
- Been thanked: 305 times
Antw: Bryozoa uit het Limburgse Krijt.
Hoi Luc,
als de achterzijde van het eerste stuk poreus is, zou Reteporidea lichenoides ook een optie kunnen zijn. Deze toont meer of minder diepe gleuven met daarin fijne, vrijwel regelmatige porieen op de achterkant. Maar mijn gevoel zecht dat R. cancellata de beste kanshebber is.
Wat betreft de Lopholepis heb je geljk dat Hagenow de soort als een incrusterende kolonie beschreven heeft. Hij deed dit, omdat hij de basale en erecte gedeeltes van deze soort nooit samen (in verbinding) gevonden heeft. Hij beschreef de basale fragmenten dus als L. radians en de erecte stukken als Cavaria ramosa (Plaat 6, Fig. 1).
Voigt heeft 1982 een boekje over Lopholepis gepubliceert, waarin de verschillende groeistadia en adulte exemplaren beschreven en afgebeeld zijn:
"Heteromorphie und taxonomischer Status von Lopholepis v. Hagenow, 1851, Cavarinella Marsson, 1887 und ähnlichen Cyclostomata-Genera (Bryozoa, ob. Kreide)"
Ik ben 99% zeker, dat jouw stuk een L. radians is. Misschien kun jij het boekje in een antiquariat of via eBay nog kopen. Is in ieder geval een aanrader.
Beste Groeten,
Oliver
als de achterzijde van het eerste stuk poreus is, zou Reteporidea lichenoides ook een optie kunnen zijn. Deze toont meer of minder diepe gleuven met daarin fijne, vrijwel regelmatige porieen op de achterkant. Maar mijn gevoel zecht dat R. cancellata de beste kanshebber is.
Wat betreft de Lopholepis heb je geljk dat Hagenow de soort als een incrusterende kolonie beschreven heeft. Hij deed dit, omdat hij de basale en erecte gedeeltes van deze soort nooit samen (in verbinding) gevonden heeft. Hij beschreef de basale fragmenten dus als L. radians en de erecte stukken als Cavaria ramosa (Plaat 6, Fig. 1).
Voigt heeft 1982 een boekje over Lopholepis gepubliceert, waarin de verschillende groeistadia en adulte exemplaren beschreven en afgebeeld zijn:
"Heteromorphie und taxonomischer Status von Lopholepis v. Hagenow, 1851, Cavarinella Marsson, 1887 und ähnlichen Cyclostomata-Genera (Bryozoa, ob. Kreide)"
Ik ben 99% zeker, dat jouw stuk een L. radians is. Misschien kun jij het boekje in een antiquariat of via eBay nog kopen. Is in ieder geval een aanrader.
Beste Groeten,
Oliver