Pagina 1 van 1

Talbragar Visbedden Flora

Geplaatst: 04 apr 2011, 16:21
door Carboon
Afbeelding

Afbeelding

De Talbragar Visbedden flora

Ongeveer 30 km ten noordoosten van de stad Gulgong (zie kaart: http://static-www.icr.org/i/articles/imp/imp-394a.jpg ) bevindt zich een van de geologisch gezien meest bijzondere en belangrijke Jurassische terrestrische afzettingen in Australië. De Talbragar Vissenbedden staan geregistreerd als Crown Land Reserve vanwege de unieke en uitmuntende staat van preservatie. Het verzamelen van gesteente en fossielen is er verboden en speciale toestemming is nodig om het terrein zelfs maar te betreden.

Aan de noordoost kant van Farrs Hill komen fossielhoudende siltstone- en mudstoneblokken voor in de bodem en het nog niet verweerde schalie. In totaal is de vindplaats niet groter dan een gebied van zo’n 300 bij 80 meter. De losse blokken (zie bijvoorbeeld: http://australianmuseum.net.au/Uploads/ ... 02_big.jpg ) zijn onderdeel van de Merrygoen Ironstone member en vormen waarschijnlijk de overblijfselen van een geisoleerde meerbodem in de Purlawaugh formatie. Stratigrafisch liggen de Talbragar Visbedden op de Triassische Narrabeen zandsteen en worden ze afgedekt door de Jurassische Pilliga zandsteen en plaatselijk door resten van neogeen vulkanisme. Een uitgebreide database voor de (litho)stratigrafie van Australië kun je hier vinden: http://www.ga.gov.au/products-services/ ... units.html.

Zo’n 175 miljoen jaar geleden, tijdens het vroege Midden Jura, vormden de Talbragar Visbedden een zoetwatermeer ergens op het oercontinent Gondwana, waarschijnlijk redelijk dichtbij de zuidpool (of in ieder geval op hoge breedtegraad). De sedimenten werden in relatief korte tijd afgezet, mogelijk zelfs in niet meer dan een paar jaar. De overblijfselen van zowel vissen als planten werden snel begraven in de modder op de (waarschijnlijk anoxische) bodem van het meer, waar de condities gunstig waren voor fossilisatie. Sommige auteurs speculeren dat een catastrofale ramp tot deze snelle begraving en concentratie van fossielen heeft geleid in Talbragar. Het bewijs hiervoor is echter incompleet.

Het fossielhoudend gesteente bestaat uit fijn gelamineerde, okerkleurige gesilicificeerde schalie. Het verweert-uit in rechthoekige blokken en vertoont concentrische bandering door neerslagreacties van ijzermineralen (waarschijnlijk limoniet of iets dergelijks). De fossiele planten hebben een typische witte kleur en geven een prachtig contrast met het gesteente.
De Talbragar Visbedden danken hun naam aan de schitterende visfossielen die er gevonden zijn. Alle hier gevonden soorten behoren tot een klasse van straalvinnigen: de Actinoterygii, waar het visje Leptolepis de meest voorkomende is. Naast deze overdaad aan visfossielen, wordt er in Talbragar ook een van de best bewaarde Australische fossiele floras gevonden. Voor een plantfossielen verzamelaar is dat natuurlijk reden om wat meer erover te lezen...

In Talbragar zijn tenminste 16 verschillende planten gevonden, en al deze soorten zijn uniek voor de locatie. Het leeuwendeel van de plantfossielen bestaat uit resten Agathis, wat doet vermoeden dat het meer in een bos wat voornamelijk uit deze naaktzadigen bestond lag. Ook worden er wel resten van podocarpe coniferen (hebben lancetvormige bladeren in plaats van naalden) gevonden. Cycas-achtigen zoals Pentoxylon australica vormden de begroeing onder deze bomen. Op de oevers van het zoetwatermeer waren er zowel varens en boomvarens als mesozoische pteridospermen (bijvoorbeeld Pachypteris, een vorm die waarschijnlijk uit Dicroidium is ge-evolueerd) voor. Deze planten stonden op de wat vochtige plaatsen. Planten die wel als Elatocladus (foto 1) worden aangeduid komen ook veel voor in de Talbragar Visbedden. Dit vormgenus is een soort van vergaarbak waarin de vormen waarvan we de biologische affiniteit niet met zekerheid kunnen vaststellen zijn geplaatst.

Foto 2 toont een Agathis jurassica, een van de meer algemene fossielen van conifer-achtigen die je in Talbragar tegenkomt. Het geslacht Agathis bestaat nog steeds, met zo’n 21 huidige soorten. Wollemia nobilis bijvoorbeeld, in 1994 ontdekt in een klein stukje regenwoud zo’n 150 km ten noordwesten van Sidney, is een levend fossiel en waarschijnlijk nauw verwant aan Agathis. Ook op de Atherton Tablelands (hoogvlaktes) zijn er vandaag-de-dag nog Agathis bossen te vinden die lijken op (of een verder doorontwikkeld equivalent zijn van) de Talbragar Visbedden flora, compleet met podocarpe coniferen en cycas-achtigen.

Referenties:
• Monroe, M.H. (2011) Talbragar Fish Beds, Biology of Australia ( http://austhrutime.com/talbragar_fish_beds.htm )
• White, M.E. (1981) Fish beds reveal lush fossil forest, Australian Natural History 20 (7), 227-230.
• White, M.E. (1981) Revision of the Talbragar Fish Bed Flora (Jurassic) of New South Wales, Records of the Australian Museum 33 (15), 695-721 ( http://www.australianmuseum.net.au/Uplo ... mplete.pdf ).
• White, M.E. (1994) The Greening of Gondwana; the 400 Million Year story of Australian Plants, Reed
• Woodward, A.S., T.W.E. David, and E.F. Pittman (1895) The fossil fishes of the Talbragar Beds (Jurassic?), with a note on their stratigraphical relations, Memoir Geological Survey of New South Wales, Palaeontology 9, 1-27.
• Zhen, Y.Y. (2009) Talbragar, Australian Museum ( http://australianmuseum.net.au/Talbragar )

[Bewerkt door Carboon op 04-04-2011 om 15:22 NL]

Antw: Talbragar Visbedden Flora

Geplaatst: 04 apr 2011, 17:15
door Lugo
Tim,

zeer boeiend artikel met interessante links.
Bedankt om dit te posten.

Mvg

Luc

Antw: Talbragar Visbedden Flora

Geplaatst: 04 apr 2011, 20:26
door Stijn
Erg interessant. Deze afzetting kende ik nog niet.

Antw: Talbragar Visbedden Flora

Geplaatst: 06 apr 2011, 00:09
door Carboon
Bedankt! Was ook leuk om even te schrijven. Misschien is het bruikbaar als eerste opzetje voor een omschrijving in de vindplaatsen database. Nu is het een beetje kaal nog...