Paleontica Community

Hoi Allemaal,

Druk, druk, druk, dus weinig tijd om de zandmotor te bezoeken, daarom afgelopen woensdag op de weg terug naar huis even bij mijn favoriete schelpenpad even gestopt. En wat denk je. Raak! Iemand had geharkt en zodoende nieuw spul naar boven gebracht. Veel haaientanden.

Omdat haaientanden niet mijn specialiteit zijn, verre van zelfs, ik blijf altijd maar twijfelen, vraag ik jullie hulp. Ik zal het proberen in een paar overzichtelijke topics te doen deze eerste plaats ik wat ik denk Carcharias sp.

Foto 1 overzicht
Foto 2 Carcharias sp.
Foto 3 Carcharias sp.
Foto 4 Carcharias sp.
Foto 5 Carcharias cuspidata

Alvast bedankt, Maarten

Maarten, dit zijn niet allemaal tanden van Carcharias spp's. De tand helemaal rechts op de bovenste foto is een fraaie tand van Parotodus benedenii, met als kenmerken o.a. de grove wortel, hoefijzervormige worteltakken en (niet altijd) burlette. Gezien de zijspitsen waarschijnlijk uit het Oligoceen, ik denk een van de eerste zijtanden uit de bovenkaak.
De middelste tand op de eerste foto lijkt mij een voortand uit de bovenkaak van Isurolamna gracilis, ook uit het Oligoceen. Je moet maar eens wat afbeeldingen zoeken of dit kan kloppen.
In ieder geval een interessant schelpenpadje!

Groeten, Lex

Lex,

Bedankt voor je uitvoerige antwoord. Daar ben ik als 'niet-haaienman' echt mee geholpen.
Zo'n Parotodus benedenii is volgens het internet niet een veelgevonden tand klopt dat?

Over de Isurolamna ben ik nog niet helemaal zeker, zoek en vergelijk nog even verder.

heel erg bedankt.

Hallo Maarten,ik ben het niet helemaal eens met Lex.


Deze tanden zijn typisch voor het Eoceen (Bewaartoestand) net zoals je ze vind in Knokke op het strand.

De grotere tanden zijn volgens mij macrota,de kleinere Sylvistrilamia teretidens.


De Parotodus lijkt mij eerder een Lower Anterior van de soort Jaekelotodus robustus en deze hebben typisch deze bult op de wortel.


BTW.maximus is niet tandeloos zoals ik lees in je artikel


Ik maak vanavond een foto van mijn maximussen die kan je dan gebruiken.

GR

Hoi Strandjutters,

bedankt voor je aanvulling. Dat is tevens ook de reden waarom ik het zo verdomd moeilijk vind die tanden te determineren. Er zijn zoveel zaken waar je op moet letten en er zijn onderling zoveel mogelijkheden. Phoe hee.

Wat betreft onze reuzenhaai, daar had ik je eerder al eens zien schrijven dat hij wel tanden had. maar die zijn bijna noemenswaardig zo klein, toch

Zou ze graag gebruiken voor een klein artikel op mijn blog. De verloren tanden van de reuzenhaai wordt de werktitel

Wat betreft de determinatie houd ik voorlopig dus maar een ruime slag om de arm.

Bedankt!

Ik kan Pascal wel volgen in z'n redenering voor Jaekelotodus.

Wat je blog betreft Maarten, chapeau! Leuke, onderhoudende en toch ook goed geïnformeerde teksten. Een plezier om te volgen!

Hallo,

Uit welk tijdperk de tanden komen, blijft giswerk. Het is niet omdat de bewaartoestand "lijkt" op tanden uit een bepaald tijdperk dat ze er ook effectief uit komen. Bovendien zit je met je referentie naar Knokke keer op keer fout. Er worden tanden gevonden die niet uit het Eoceen komen. Je moet soorten exact determineren en daaruit afleiden uit welke laag ze komen. Bij dit soort vondsten is dit vaak een mengelmoes, dus weinig zinvol.

De tand die jullie Jaekelotodus noemen is wel degelijk een Benedeni. De bourlette is zeer uitgesproken, wat je nooit zo zal zien bij Jaekelotodus. Bovendien zijn bij de onderkaakstanden de bijspitsen nooit zo breed in de basis. Onderkaakstanden van Parotodus kunnen ook zeer dik worden. Heb er verschillende van in mijn collectie.
Een Oligocene Parotodus vind ik dus zeer aannemelijk, zoals al eerder vermeld is.


Groeten,

Gunther

Hallo Maarten,hier wat maximus die ik de laatste maanden uit het gruis heb gevist.

Het laatste tandje is 8 mm,toch niet zo klein maar hij heeft er veel.

Je mag gerust die foto's gebruiken in je artikel.


GR

Hallo,eerste foto's duidelijk benedenii zonder zichtbare bourlette.



Laatste foto Jaekelotodus,duidelijk met bourlet en hoge wortel en brede spitsen.


GR

Eerste tand (Steendorp): Benedeni's kunnen een zeer dikke wortel hebben

Tweede tand (Antwerpen): Benedeni's kunnen zeer smal zijn


De bourlette van de desbetreffende tand kenmerkt zich ook nog eens door een kleurverschil. Het is een duidelijke zwarte rand tussen wortel en kroon. Dit heb ik nog nooit bij Jaekelotodus gezien. Dit is niet bij alle Benedeni's zo, maar is wel vaak aanwezig (zoals bij Megalodon).

Jouw getoonde tand heeft trouwens wel een bourlette hoor. Grappig dat je zegt dat de Benedeni er geen heeft en de Jaekelotodus wel, want ze hebben er alle twee één op die er quasi hetzelfde uitziet.


Groeten,

Gunther