Paleontica Community

Beste fossiel.netters,

de vergane twee weken was ik met mijn familie op vakantie in Cuxhaven (duitse noordzee). Het is een heerlijke plek om uitgebreide urenlange wandelingen door de waddenzee te ondernemen. Omdat het weer in de eerste week niet al te best was had ik mij in een locale winkel "waddenschoenen" gekocht, om te voorkomen dat ik mij op de plaatselijk tamelijk diepe en weke zeebodem geen plezures haal. Na enkele kilometers wandelen voelde ik dat de schoenen zelf tamelijk pijn deden. Ik trok een schoen uit en zag dat mijn voet aan het bloeden was. Dit is heeeel fijn als je nog zo'n fijf kilometers door zoutwater lopen moet!

Nou ja, het eind van het lied was dat de schoenen een grote wond aan mijn rechter voet veroorzaakt hadden en ik de volgende week niet meer op stap kon gaan.
Dus dacht ik: Kijk dan maar eens naar zwerfstenen aan het strand. Mijn interesse ging richting noordse/deense bryozoa-flint (vuursteen), die in grote hoeveelheden aan het strand gespoeld word. De meeste stukken zijn tamelijk klein en niet erg interessant, omdat men de bryozoa door de vuursteen niet echt bestuderen kan. Maar als men geluk heeft vindt men grotere stukken met resten van omgevende kalk, en dit werd dus mijn doel.

Ik wil jullie hiermee een paar voorbeelden tonen van gevonden vuurstenen uit het Danien van Denemarken, die vooral cyclostomate kolonien tonen. Ik herken Spiropora, enkele Pustulupora-soorten en een ?Crisisina, maar voor de rest zijn de stukken te slecht bewaard, om verder onderzoek te doen. Gewoon mooie vakentie-vondsten dus...

Beste Groeten,
Oliver

Hoi Oliver,

Interessant die buisvormige bryozoa. Je vraagt je af wat de reden is dat ze zoveel energie staken in het maken van hun behuizing; korst- of waaiervormige bryozoa hebben vaak een veel grotere dichtheid aan poliepen en dus minder kalk (?) per poliep nodig. Voor deze exemplaren moet er dus ergens een voordeel in hebben gezeten. Misschien was er minder voedsel beschikbaar zodat concurrentie tussen poliepen niet wenselijk was en ze verder uit elkaar moesten groeien, of leefden ze in een milieu met veel stroming waardoor ze elkaar zouden beschadigen als ze dicht op elkaar zaten. Maar er kunnen natuurlijk nog allerlei andere trade-offs bedacht worden. Toevallig hier ooit iets over tegengekomen in de literatuur?

Sterkte met je voet!

Hoi Oliver,

dit is wel een heel andere bewaringstoestand dan de diertjes, die wij in het krijt vinden.
Maar toch zijn inderdaad nog enkele specimen te herkennen, ondanks de verwering.
Heel mooi in elk geval.

Koen,

interessant bedenkingen ivm de verscheidenheid in groeiwijzen en de mogelijke factoren, die deze veranderingen initiëren.
Hierbij aanleunend heb ik mij zelf al eens de vraag gesteld of er enige kennis is van de variatie in het genetisch materiaal bij de verschillende ordes en families van de hedendaagse bryozoa.

Lugo