Paleontica Community

Laat pleistocene schelpen zijn al vrij makkelijk te determineren door mij zelf, maar pliocene schelpen; laevastarte, turritella en glycymeris. Zijn wat lastiger te determineren, dit komt dat omdat ze er veel hetzelfde eruitzien en veel soorten en ondersoorten hebben. Dan doel ik echter wel op de soorten en ondersoorten binnen het genus, want deze 3 genussen kan ik makkelijk uit elkaar houden. Nu is mijn vraag bij deze 4 glycymeris specimens; welke soortnaam er achter hoort, of ze niet te gerold zijn voor verdere determinatie en wat de eventuele ouderdom is? Bij de kaloot specimens zit ik te twijfelen tussen g. Glycymeris, g. Radiolyrata Radiolyrata, g. Radiolyrata pseudodeshayesi, g. Obovata ringelei en g. Variabilis. Allemaal staan ze in de fossiele schelpen van de Nederlandse kust en allemaal lijken ze op elkaar.
De specimen uit de zwingeul is een echte mystery knight, ik weet niet eens de ouderdom. Waarschijnlijk is dat hij net als veel fossielen uit de zwingeul van eocene ouderdom is, maar zou oligoceen of mioceen ook niet uit kunnen sluiten. Plioceen of pleistoceen kan ook! Veel vragen maar ik kan mijzelf geen antwoorden geven, daarom vraag ik het hier.

Alvast bedankt.

Nick.

Hoi Nick,

Ik herken je problemen hoor. Zeker Glycymeris-soorten zijn niet makkelijk uit elkaar te halen.

Hierbij mijn mening over deze exemplaren:
-Spec 1: Dit is voor mij een Glycymeris variabilis. Vrij platte schelp. Let op de oppervlakte-structuur, het feit dat ie iets breder dan hoog is, en dat de schelp enigszins ongelijkzijdig is. Daarnaast is er een chevron-tekening zichtbaar in de top van het ligamentveld, waarmee de schelp zich onderscheid van G. radiolyrata radiolyrata.
-Spec 2: Zeer interessante vondst! Eentje die je eens aan Peter Moerdijk zou moeten laten zien... Zo ver als ik weet zijn er weinig Eocene Glycymeris-soorten bekend van onze stranden, en zijn de meeste exemplaren kleiner dat dit specimen. Wijkt af van Eocene soorten als G. pulvinata en G. dispar. Dus wellicht is het inderdaad een Oligocene of Mio-Pliocene soort. Dan komt G. radiolyrata pseudodeshayesi het dichtste in de buurt (uitstekende umbo en de scheve achterzijde). Vooral dat laatste doet mij vermoeden dat het om deze soort gaat. Maar het is geen algemene soort... Ik heb er zelf geen exemplaren van die zo bewaard zijn.
-Spec 3: Weer een G. variabilis. Verder afgesleten dan Spec. 1, waardoor de oppervlakte-structuur niet goed meer te zien is. Maar hij is breder dan hoog en ongelijkzijdig. Mooie chevron-tekening. Je ziet ook meteen waarom Glycymeris variabilis zo heet, deze soort is vrij variabel...

groet,
Johan

Bedankt! dus de 3 kleppen uit de kaloot zijn allemaal g. Variabilis? Spec 2 is een speciaal gevalletje waarvan je denkt dat hij eens door peter moerdijk moet bekeken worden? Dan is het wel een heel bijzonder exemplaar! alleen hoe moet ik Peter moerdijk contacteren?

Mvg.

Nick.