Bryozoa uit de Kunrader facies (ZL)
Geplaatst: 24 jan 2023, 11:37
Beste forum-leden,
omdat er bijna geen mogelijkheiden meer bestaat, om in de krijtgroeves van Zuid-Limburg te gaan zoeken, zien wij hier op het forum natuurlijk ook bijna geen krijtossielen langs komen. Dit vind ik persoonlijk heel jammer.
Ik zelf heb me in het vergane jaar intensief bezig gehouden met het onderzoek aan materiaal, dat al een tijdje in de garage stond - onder andere materiaal uit een tijdelijke ontsluiting in Voerendaal. Een, twee maanden lang konden wij daar in de Kunrader facies van de Formatie van Maastricht materiaal verzamelen en onderzoeken, om in vervolg een beetje meer te kunnen bijdragen aan een completer beeld van de zeer complexe afzettingsomstandigheden, het leefmilieu en de flora en fauna.
Omdat ik, samen met Luc Goffings (Lugo), vooral de bryozoa-fauna onderzocht heb, wil ik jullie in deze thread een paar bijzondere vondsten uit de toen toegankelijke lagen tonen.
Zoals de meeste van jullie waarschijnlijk weten, zijn bryozoa kolonievormende dieren, die op zich zeer klein zijn (</= 1 mm). Op een paar uitzonderingen na vormt ieder diertje een kalkhoudende cel (zooid), die over de vele milljoenen jaren bewaard kon worden. Vele cellen (zooiden) vormen een kolonie, die in de meeste gevallen niet groter werd dan twee of drie centimeter. Heel vele kolonies zijn zelfs duidelijk kleiner. De uiteindelijke grootte van een levende kolonie kan in de "fossil record" echter nauwelijks bepaald worden, omdat wij in de meeste gevallen alleen maar fragmenten vinden.
In sommige gevallen hebben wij echter geluk dat de fossielen in een holte of gang vast zaten, die niet door externe invloeden aangetast werd. Hierdoor zijn de kolonies soms compleet bewaard gebleven. De hier afgebeelde kolonie heeft dit geluk niet gehad. Maar zij zat, samen met andere fossielen, in een lensje met zwak vekiezelde fossielen. Zij is al vroeg uit mekaar gebroken. Dit kan men herkennen aan de iets afgerolde breekranden. De enkele delen zijn dus blijkbaar een tijdje bloodgesteld geweest aan de stroming, waardoor de scherpe kanten iets afgeschuurd werden. Desalniettemin zijn de enkele delen niet uit elkaar gespoeld, maar netjes op een plekje gebleven. Ik was dus verbaasd toen ik zag, dat ik een fragment gevonden had, dat bijna perfect op een ander fragment paste. Ik begon dus te kijken, of ik nog meer fragmenten kon vinden, die aan elkaar pasten. En ja hoor: Ik kon uiteindelijk zeven stukken vinden, die onderdeel waren van een enkele grote kolonie van de soort Coscinopleura elegans beisseli VOIGT, 1956. En deze zit voor bryozoa met een brede van bijna 7 cm (!) op de grote kant.
To be continued....
Beste groeten,
Oliver
omdat er bijna geen mogelijkheiden meer bestaat, om in de krijtgroeves van Zuid-Limburg te gaan zoeken, zien wij hier op het forum natuurlijk ook bijna geen krijtossielen langs komen. Dit vind ik persoonlijk heel jammer.
Ik zelf heb me in het vergane jaar intensief bezig gehouden met het onderzoek aan materiaal, dat al een tijdje in de garage stond - onder andere materiaal uit een tijdelijke ontsluiting in Voerendaal. Een, twee maanden lang konden wij daar in de Kunrader facies van de Formatie van Maastricht materiaal verzamelen en onderzoeken, om in vervolg een beetje meer te kunnen bijdragen aan een completer beeld van de zeer complexe afzettingsomstandigheden, het leefmilieu en de flora en fauna.
Omdat ik, samen met Luc Goffings (Lugo), vooral de bryozoa-fauna onderzocht heb, wil ik jullie in deze thread een paar bijzondere vondsten uit de toen toegankelijke lagen tonen.
Zoals de meeste van jullie waarschijnlijk weten, zijn bryozoa kolonievormende dieren, die op zich zeer klein zijn (</= 1 mm). Op een paar uitzonderingen na vormt ieder diertje een kalkhoudende cel (zooid), die over de vele milljoenen jaren bewaard kon worden. Vele cellen (zooiden) vormen een kolonie, die in de meeste gevallen niet groter werd dan twee of drie centimeter. Heel vele kolonies zijn zelfs duidelijk kleiner. De uiteindelijke grootte van een levende kolonie kan in de "fossil record" echter nauwelijks bepaald worden, omdat wij in de meeste gevallen alleen maar fragmenten vinden.
In sommige gevallen hebben wij echter geluk dat de fossielen in een holte of gang vast zaten, die niet door externe invloeden aangetast werd. Hierdoor zijn de kolonies soms compleet bewaard gebleven. De hier afgebeelde kolonie heeft dit geluk niet gehad. Maar zij zat, samen met andere fossielen, in een lensje met zwak vekiezelde fossielen. Zij is al vroeg uit mekaar gebroken. Dit kan men herkennen aan de iets afgerolde breekranden. De enkele delen zijn dus blijkbaar een tijdje bloodgesteld geweest aan de stroming, waardoor de scherpe kanten iets afgeschuurd werden. Desalniettemin zijn de enkele delen niet uit elkaar gespoeld, maar netjes op een plekje gebleven. Ik was dus verbaasd toen ik zag, dat ik een fragment gevonden had, dat bijna perfect op een ander fragment paste. Ik begon dus te kijken, of ik nog meer fragmenten kon vinden, die aan elkaar pasten. En ja hoor: Ik kon uiteindelijk zeven stukken vinden, die onderdeel waren van een enkele grote kolonie van de soort Coscinopleura elegans beisseli VOIGT, 1956. En deze zit voor bryozoa met een brede van bijna 7 cm (!) op de grote kant.
To be continued....
Beste groeten,
Oliver