Paleontica Community

Cephalon dat ik tot mijn verrassing aantrof aan de achterkant van een steen met twee Tsjechische trilobieten. Kon met behulp van Ceraurus worden gedetermineerd als een groot uitgevallen Hydrocephalus minor.

Hoi Nestor,

Dat is een mooi cephalon.
Dus, toch maar altijd de steentjes eens omdraaien ook hé.

groetjes...

Ilse

Ja inderdaad mooie trilobiet cephalon, erg duidelijk die karakteristieke \"dikke lip\" van dit soort te zien.

Wat zijn de dimensies?

Zou je de voorkant ook kunnen laten zien?

met vriendelijke groet,

Mark

Dit is de voorkant Mark: links een Hydrocephalus van 3x6 cm, rechts bij het pijltje een phalagnostus prantli van 0,7 cm.
Het cephalon aan de achterkant is 5 cm. breed. Het complete dier zou, als de verhoudingen dezelfde zouden zijn, dan een lengte van 10 cm. gehad moeten hebben.

Ik keer tijdens de vakanties altijd wel een dag stenen Ilse, tenminste als ik in een \"fossielengebied\" ben. Je vindt dan soms juist de leukste dingen. Deze heb ik overigens niet zelf gevonden, maar cadeau gekregen.

vr.groet
Jan



[Bewerkt door nestor op 06-03-2008 om 16:38 NL]

Hoi-hoi trilo-vrienden,

er gaan niets boven een redlichide Tsjech!
Weer een stapje verder. In het tsjechisch cambrium komen tot nu toe 5 soorten voort uit de familie Paradoxididae. Paradoxides, de bekendste, Eccaparadoxides, met de grote ogen, Acadoparadoxides, zeldzaam, en tenslotte Hydrocephalus en Rejkocephalus.

Deze laatste twee zie je op de foto.
Het cephalon is van Rejkocephalus en je herkent deze soort aan een \'waterhoofd\'-cranidium, zoals Hydrocephalus. Alleen heeft de soort (net als Eccaparadoxides) vijf duidelijke glabellaire plooien.
Bij Hydrocephalus tel je er drie en zijn nummer vier en vijf soms vaag aanwezig.

Als je het hebt over geluk; ik vond dit cranidium in de Paradoxides gracilis-laag en Jince en heb hem een paar jaar voor die soort aangezien. Tot een tjechische vriend mij wees op de kenmerken van Rejkocephalus rotundatus en zijn sporadische voorkomen tussen de P.gracilis.
Even voor de duidelijkheid; R.rotundatus heette voorheen Paradoxides rotundatus maar ook Hydrocephalus lyelli.

<:{{{{{>

Mooi stuk is dat dan Jan!
En als bonusje nog zo\'n miniscuul agnostide trilobietje erbij
Dat beestje van de cephalon op de achterkant had inderdaad wel wat groot geweest!

Die Cephalon van jouw Rejkocephalus spreekt wel tot de verbeelding, Tomas,
ik zie er een gezichtje in, die glabellaire plooien zijn erg duidelijk! Prachtig!
Ook een mooie Hydrocephalus bij jou Tomas, jammer dat hij geen wangen heeft,
maar daardoor kan gesteld worden dat dit een vervelling is toch?

Ik heb gisteren iets zitten lezen over \"Paradoxides davidis\" uit Newfoundland, Canada,
waarbij de trilobieten door het mineraal \"Limoniet\"(kleurt vaak geel/oranje)
extreem goed waren geconserveerd (zeldzaam ook met zacht weefsel), ik heb dit lange tijd terug ook eens met materiaal uit
Tsjechië gezien, weten jullie daar meer van? Is wat de kleur veroorzaakt bij Skryje materiaal?

met vriendelijke groet,

Mark

Hoi Marc,

de gele kleur is typisch voor Skryje-omgeving, een heel stuk noordelijker dan Jince, maar dezelfde formatie.
We praten dan over de vindplaatsen Skrije-Luh, Skrije-Plazy, Buchava/Podmokly, Pod Hrouskou, Tyrovice, Dubinky(-hill) en mogelijk nog wat meer. Overigens komt daar Rejkovice-Potucek bij Jince ook nog bij.

Skrije-omgeving lag tegen een vulkaan-complex (Krivoklat-Tyrovice-complex). Voor zover ik begrijp hebben de minerale afzettingen de gele kleur in de fossielen veroorzaakt die dicht bij dit complex lagen.
Gelukkig was de afstand groot genoeg om te voorkomen dat de fossielen vervormden of zelfs vernietigd werden door deze activiteit.
Helaas is de \'grain\'(korrelgrootte) nog te grof om de hele kleine fossielen (o.a. protaspide en meraspide Sao hirsuta) goed tot zijn recht te laten komen.

De Hydrocephalus heeft geen wangen en is inderdaad een vervelling. Ik moet zeggen dat ik maar zelden een complete (of \'compleet gestorven dier\') heb gezien.

<:{{{{{>

leuk om weer eens wat over trilobieten te kunnen lezen en zien!

gr. rafael

p.s. ik zal binnenkort een paar (delen van)trilobieten uit frankrijk bij determinatie zetten..

[Bewerkt door Phacops op 07-03-2008 om 13:48 NL]

Newfoundland; Doel je op het (boeiende)verhaal van Levi-Setti over de vondsten in NF Mark?
Vwb zacht weefsel weet ik verder alleen van Bundenbach, de Burgess Shale in Canada en de Chengjang-formatie in China. Ook wordt er wel gesproken over vondsten in de Utica-Shale bij New York.
Van gefossiliseerde weke delen in Tsjechische trilobieten is mij niets bekend. Wellicht kan Tomas daar iets over zeggen.

Overigens weer nuttige informatie over de oorzaak van de gele kleur van de Skryje-trilobieten Tomas. De kleur lijkt ook anders geel dan die van de \"gelimoniseerde\"trilo\'s. Zwavel de oorzaak?

vr.groet
Jan