Antw: Angustidens/Chubutensis?
Geplaatst: 11 jul 2009, 00:37
Dag Gunther,
Met het risico dat dit ontaardt in ons eigen onderonsje wil ik er na wat gelezen en gezien te hebben toch wel wat over zeggen (wat op zich wel weer verband houdt met mijn eerdere bemerkingen). I. xiphodon vertoont (tenminste voor zover ik kan nagaan op alle plaatjes) geen spoor van karteling. Het zou toch uit evolutionair oogpunt wel erg vreemd zijn als er ineens kartels aan z'n tanden zouden groeien (temeer daar de kartels van C. carcharias écht geprononceerd zijn - relatief gezien zelfs veel geprononceerder dan die van C. (M.) megalodon volgens mij (tel ze maar per kant en zet het aantal uit tegen de lengte van de snijrand en bereken zo de verhouding). Ik bedoel maar: die snijrand komt niet zomaar uit de lucht vallen. Met andere woorden: de evolutie naar megalodon zoals eerder aangehaald vind ik op zich een logische (verklaarbaar uit de evolutie van prooi bijvoorbeeld), maar die van xiphodon naar carcharis lijkt me dat helemaal niet, maar misschien zie ik wel iets over het hoofd?
De overgang via escheri lijkt me daarentegen wel logisch: het begin van karteling om grotere prooien te kunnen 'stukzagen' in plaats van ze vooral te kunnen 'vangen' aan scherpe haken. Om er tenslotte nog een interessant gedachtenspinsel op los te laten: dat vermogen tot de ontwikkeling van een kartelrand moet wel ergens in het DNA van een dier besloten zitten; zoals de voorvader van bijvoorbeeld de zeehond ooit een landdier was maar wél vier poten moest hebben die het in zich hadden om zich tot 'vinnen' te kunnen ontwikkelen.
Daar staat dan weer tegenover: evolutie heeft niet altijd met logica te maken.
Groeten, Jan
Met het risico dat dit ontaardt in ons eigen onderonsje wil ik er na wat gelezen en gezien te hebben toch wel wat over zeggen (wat op zich wel weer verband houdt met mijn eerdere bemerkingen). I. xiphodon vertoont (tenminste voor zover ik kan nagaan op alle plaatjes) geen spoor van karteling. Het zou toch uit evolutionair oogpunt wel erg vreemd zijn als er ineens kartels aan z'n tanden zouden groeien (temeer daar de kartels van C. carcharias écht geprononceerd zijn - relatief gezien zelfs veel geprononceerder dan die van C. (M.) megalodon volgens mij (tel ze maar per kant en zet het aantal uit tegen de lengte van de snijrand en bereken zo de verhouding). Ik bedoel maar: die snijrand komt niet zomaar uit de lucht vallen. Met andere woorden: de evolutie naar megalodon zoals eerder aangehaald vind ik op zich een logische (verklaarbaar uit de evolutie van prooi bijvoorbeeld), maar die van xiphodon naar carcharis lijkt me dat helemaal niet, maar misschien zie ik wel iets over het hoofd?
De overgang via escheri lijkt me daarentegen wel logisch: het begin van karteling om grotere prooien te kunnen 'stukzagen' in plaats van ze vooral te kunnen 'vangen' aan scherpe haken. Om er tenslotte nog een interessant gedachtenspinsel op los te laten: dat vermogen tot de ontwikkeling van een kartelrand moet wel ergens in het DNA van een dier besloten zitten; zoals de voorvader van bijvoorbeeld de zeehond ooit een landdier was maar wél vier poten moest hebben die het in zich hadden om zich tot 'vinnen' te kunnen ontwikkelen.
Daar staat dan weer tegenover: evolutie heeft niet altijd met logica te maken.
Groeten, Jan